Veel recreanten, de doelgroep waar het hier over gaat, zien op tegen het fietsen in de bergen. Daarom introduceer ik hier een techniek waarmee je zonder extra inspanning, urenlang, bergop kunt fietsen. Dit artikel is niet bedoeld voor wielrenners.
Dat bergop fietsen vermoeiend is komt door de selffulfilling property. Daarom ga je bergop vanzelf harder trappen.
De inspanning die nodig is om op een vlakke weg, zonder wind, 22km/u te fietsen kunnen de meeste recreatieve fietsers probleemloos uren volhouden. Voor deze inspanning moet een vermogen worden geleverd van ongeveer 100W. Voorwaarde is wel een sportieve zithouding, voldoende versnellingen, fietskleding en een lichtlopende fiets zoals deze:
Onderstaande grafiek geeft de snelheid bij een sportfiets als functie van de helling. Het gewicht is 90kg inclusief fietser. Hellingen tot 10% kunnen worden beklommen met een inspanning van 100W, dit is ongeveer gelijk aan het fietsen op een vlakke weg bij 22km/h. Bij hellingen vanaf 10% red je het niet meer met 100W want dan wordt de snelheid te laag, hier gaan wij uit van een vermogen van 150W.
Snelheid bij bergop fietsen met en vermogen van 100W / 150W
De cadans is de trapfrequentie, ofwel het beentempo, dit is het aantal omwentelingen van de trapas per minuut. Iedere fietser heeft een cadans waarbij hij het meest comfortabel fietst, dat is zijn optimale cadans.
Optimale cadans *1):
Voor profwielrenners is de cadans dus twee maal zo hoog als bij recreanten. Dit is te zien op YouTube filmpjes van de Tour de France. Om de cadans te meten tel je hoe vaak één been op en neer gaat in 15s en vermenigvuldigt dit met 4.
*1) Wegens gebrek aan een officiële bron heb ik deze waarden verkregen door fietsers te observeren. Verbeteringen hoor ik graag.
De optimale cadans is in principe onafhankelijk van de helling. Op een vlakke weg fietst men gewoonlijk met de optimale cadans, maar bergop wordt hiervan dikwijls afgeweken met als gevolg dat het fietsen onnodig vermoeiend wordt. Streef er dus naar dat je bergop fietst met dezelfde cadans als op de vlakke weg.
Voor het moeiteloos fietsen in de bergen moet de fiets genoeg versnellingen hebben. In het artikel Rekenen aan fietsversnellingen zien wij dat de laagste versnelling een verzet moet hebben van te minste 1,7m, dat is bij een sportfiets met een 9 speed cassette en een triple kettingblad meestal wel het geval.
De techniek werkt fijn, ik fiets nu moeiteloos de bergen in de Ardennen en de Eifel. Ik fiets op mijn gemak, in een laag verzet met een cadans van 80. Bergop wordt ik steeds ingehaald door andere fietsers, maar die kom ik later meestal weer tegen.
In plaats van je extra in te spannen bergop kun je ook het omgekeerde doen: op je gemak bergop fietsen en extra inspannen op een vlakke weg. Ik zal met een voorbeeld aantonen dat de extra inspanning op een vlakke weg beloond wordt met meer tijdwinst. Stel, de extra inspanning is 50W, dus 150W in plaats van 100W. In deze Excel sheet kun je het benodigde vermogen berekenen:
Vlakke weg:
100W: 22,3km/u
150W: 26,1km/u
Verschil = 3,8km/h
Bergop 7%:
100W: 7,9km/u
150W: 5,4km/u
Verschil = 2,5km/h
Niet alleen levert een extra inspanning op een vlakke weg meer tijdwinst op dan bergop, bij de hogere snelheid heb je ook meer koeling door de rijwind.
Als voorbeeld neem ik het steile, 2000m lange, gedeelte van de rijksweg N278 van Gulpen naar Margraten. Bij een normale inspanning van 100W kost het bergop fietsen 14min. Bij een extra inspanning, neem 150W, kost het 10min. Het moeiteloos bergop fietsen kost dus slechts 4min extra voor deze zware berg.